Ten oosten van de A2 ligt ook nog een straat met de naam Heinis. Ten onrechte heb ik altijd gedacht dat dit een voortzetting van de Heinisdijk was. De Heinisdijk is hier echter verdwenen, wat overbleef was een overblijfsel van de "Hennistsche straat", die b.v. op de kaart van de Polder van der Eigen uit 1880 staat:
Heinis, 1880. De Heinisdijk maakt in het midden van het kaartbeeld een knik naar het zuiden en ligt dan ten zuiden van de Hennistsche straat. Ter oriëntatie: helemaal links ligt het Rosmalense wiel. Het Fort Alexander ligt hier aan het einde van de Hennistsche straat.
Ook in 1928 zien we deze situatie nog terug:
Heinis, stafkaart 1928. Van links naar rechts: Rosmalense wiel, knik naar het zuiden en kruising met de Hennistsche straat.i>
In 1944 (luchtfoto RAF) is de dijk nog wel te zien als een vage streep in het landschap, maar het lijkt alsof de dijk hier al afgegraven is. Afgravingen in dit gebied zouden dan samenhangen met de bouw van de wijk de Vliert van ’s-Hertogenbosch (Goddijn, 2015). Deze wijk is gebouwd zowel voor als na de Tweede Wereldoorlog. Volgens de familie Tibosch (Noordpool) is de dijk hier rond de ruilverkaveling in 1953 afgegraven (mededeling 2016).
Goddijn, 2015: Archeologisch onderzoek naar de bewoningsgeschiedenis van locaties Terp Heinis (BZWV-04), Overdijk (BZWV-08) en De Drieborgt (BZWV-16), Archol Rapport 206
Heinis 1944. Luchtfoto RAF, Wageningen UR library, speciale collectie. Van links naar rechts: Rosmalense wiel, knik naar het zuiden, maar vanaf de knik is de dijk veel vager dan de Hennistsche straat.
In 1956 loopt de dijk na het Rosmalense wiel nog even rechtdoor, maar de knik naar het zuiden is weg en de dijk gaat over in de Hennistsche straat. Let ook op de kleine zijstreepjes die een dijk aangeven: die zijn op een gegeven moment verdwenen.
Heinis, stafkaart 1956. Van links naar rechts: Rosmalense wiel, dijk, overgaand in de Hennistsche straat, die nu Heinis heet.
De situatie nu ziet er uit als volgt:
Heinis, 2015 met daarop geprojecteerd de situatie van 1928: Heinisdijk (rood) en de Hennistsche straat (geel). De Hennistsche straat loopt precies over de bomenrij van de huidige straat Heinis. De oude Heinisdijk is nu niet meer in het landschap te zien.
Linie 1629, gedeelte ten oosten van de A2; rechtsboven Fort Sint Anna
De linie 1629 (beleg van 's-Hertogenbosch door Frederik Hendrik) liep wel over de Heinisdijk, maar niet over de Hennistsche straat. Daarom mislukten pogingen om de oude linie-kaart over de Heinis te leggen hier. En als Fort Alexander gebouwd is op de plaats van Fort St. Anna uit 1629 (wat aannemelijk lijkt), dan liggen de overblijfselen van de forten in het verlengde van de Hennistsche straat (de huidige Heinis).
Smousenwiel
In de hoek van de Hennistsche straat en de Heinisdijk lag in 1928 nog het Smousenwiel; Smous was een scheldwoord voor Jood. Dit wiel is genoemd naar een Jood die de 28e juli 1800 hier is verdronken (Henk de Werd, Rosmalla 11/7 (1983). Ik citeer Rosmalla (bron: rechterlijk archief):
Dit wiel is verdwenen, waarschijnlijk tegelijk met het afgraven van de dijk.
De familie Tibosch van de boerderij de Noordpool vertelde mij in 2016 dat zij in hun kindertijd bang gemaakt werden met het verhaal dat daar nog een geest was van een Jodin die daar was verdronken: een 'zwevende dame'.
Het Rosmalense wiel is het laatste wiel, gezien vanuit 's-Hertogenbosch. Aan de Rosmalense kant van dit wiel lag vroeger het gehucht Heinis (Hennis, Hennes, Hennist, ...).
Op de kaart van het beleg van 's-Hertogenbosch in 1629 is het gehucht Heinis voor het eerst te zien: een kleine verzameling huisjes op de plek waar tijdens het beleg de cavallerie van de graaf van Limbrug-Stirum gelegerd lag. De twee redoutes (wachtposten) vallen samen met de verhoogde ligging van Tibosch Bang & Olufsen aan de Reitscheweg en Heinis 5 aan de overzijde van de A2.
Twee redoutes (met vlag) bij huisjes van het gehucht Heinis, 1629 (37: cavallerie van de graaf van Limburg-Stirum) / Projectie van de linie op moderne kaart (Google maps, 2016).
Gebouw van Tibosch - Bang & Olufsen op de plek van de westelijke redoute (foto Ferd Sauter 2019)
Ten oosten van het Rosmalense wiel lag het gehucht de Heinis (Hennes op de volgende kaart).
Hennes bij het Rosmalense Wiel, omstreeks 1784
In een inventarisatie van het kadaster, vinden we de naam van twee percelen, op de kaart waar "Den Hennist" staat (Rosmalen, sectie E-1, polder de Vliert, percelen 14, 15 ): "weiland van de Burgt". Verwijst Burgt hier nog naar de redoute uit 1629? De boerderij op perceel 14 (onder H van Hennist) ligt op de plek waar nu het Bolduc-gebouw staat. Op de plek waar nu Heinis 8 is, staat geen gebouw getekend in 1832.
"Oorspronkelijke aanwijzende tafel der grond-eigenaren en der ongebouwde en gebouwde vaste eigendommen, benevens van derzelver inhouds-grootte, klassering en belastbaar inkomen, volgens het kadaster"
In 1907 start de bouw van de boerderij "De Noordpool", de boerderij van de familie Tibosch. Marinus Tibosch had drie winters daarvoor met steekschop, paard en boerenkiepkar de omgeving opgehoogd met zand uit Rosmalen. Als de aannemer "de Zwarte Creij" 's morgens naar deze boerderij moest, zei hij: "ik ga naar de Noordpool", omdat het een koude en afgelegen plek was.
Met Kerstmis 1920 is er een overstroming van de dijk; het water staat tot de dakgoot van de Noordpool. De Fam. Tibosch vlucht met vee naar Berlicum tot Februari. Het jaar daarop is het een "goed grasjaar", vanwege bemesting door het Maaswater.
In de tweede helft van de 20e eeuw woonde Steven Tibosch hier, boer en wethouder van Rosmalen, die een belangrijke rol speelde in het conflict tussen projectontwikkelaar Stienstra en de gemeente 's-Hertogenbosch (zie tijdlijn 1970).
Achter de boerderij aan de overkant van de Noordpool, liggen twee wielen: het Duitse wiel en het Platte wiel.
Platte Wiel
Het Platte wiel ontstaat in 1781; op kaarten uit 1793 staat "inundatie 1781".
Hanna Coolen was de weduwe van Hendrik Coolen en had een aantal weilanden in bezit aan dit gedeelte van de dijk; ze kon de herstelkosten van de dijk niet opbrengen en werd door het polderbestuur onteigend (wanneer?).
Duitse Wiel
Het Duitse wiel is ontstaan in de periode 1880-1899. In 1880 staat het nog niet op de kaart van de Polder van der Eigen, op het Bonneblad 1890-1899 staat het er wel op. De dijk maakt dan ook een extra knik naar het noorden, een knik die er voor die tijd nog niet was.
Heinis, van Heilige Geestwiel tot Rosmalense wiel Bonneblad 1890-1899
Tijdens de Tweede Wereldoorlog (1940-1945) is er een Duitse uitkijkpost bij dit wiel, dat dan Duitse Wiel gaat heten.
Boonhof
Het grote weiland ten Zuiden van de twee wielen staat op kadasterkaarten uit 1880 vermeld als "Den Boonhof" (zie Heilige Geestwiel).
De Boonhof
In de jaren 50 van de 20e eeuw is op De Boonhof zand afgegraven dat gebruikt werd voor de bouw van woningen (de Vliert (?)) en/of wegen. Er was een klein treintje met kiepwagens waarmee het zand vervoerd werd (mededeling Dhr. Tibosch, 2019). De lijn van dat treintje is nog te zien, zie deze luchtfoto van 1994 (tussen de pijlen).
Het Heilige-Geestwiel is een van de oudere wielen langs de dijk, de kronkel die hier in de dijk ligt, is ook al aanwezig op de kaarten van het beleg van 's-Hertogenbosch in 1629. De naam van dit wiel komt van het Heilige-Geesthuis (ook wel Geefhuis genoemd) in de Hinthamerstraat te 's-Hertogenbosch (waar nu de bibliotheek is gevestigd). Het Geefhuis was een instelling voor de armen van 's-Hertogenbosch en had veel landerijen in de buurt van 's-Hertogenbosch. "In den jaere 1266 is gefondeert dat huijs van Den Hijligen Geest in de Hintamerstraet tot behoeff van de arme menschen, die daer ter spijnde comen; welck huijs soo rijck is van hoeren renten ende lantgoederen, dat het alle fondatiën te boven gaet, jae, sommige princen ende graven." (Kroniek van het Sint-Geertruiklooster).
Er is een pachtcontract uit 1598 van boerderij "de Boonhof" van het Bossche Geefhuis ("Tafel van de H. Geest") bij het Heilige-Geestwiel (een van de Rosmalense viswaters van het Geefhuis). Het was een hoefke (een klein bedrijf), dat uit maximaal tien morgen hooi- en weiland bestond. In 1601 wordt De Boonhof door soldaten afgebroken; in die tijd belegerde Prins Maurits de stad.
Het Heilige-Geestwiel werd ook Bleekerswiel genoemd en het perceel aan de Noordkant van het wiel werd "De Bleek" genoemd. Een van de stappen in het proces van het maken van linnen is dat men het vlas laat rotten (rooten) in een plas water. Het zou kunnen (maar bewijs daarvoor werd nog niet gevonden) dat de wielen werden gebruikt voor het rooten en de omliggende weilanden voor het bleken van het linnen.
De dijk ter hoogte van de volkstuinen, met twee redoutes (met vlag),1629
In 1629, was er een zgn. redoute (versterking, wachtpost) ongeveer op de plek, waar nu het kantinegebouw van de volkstuinvereniging Pastoor Barten staat (de noordelijkste van de twee redoutes). Let wel dat de kaart uit 1629 iets gedraaid is t.o.v. een moderne kaart. De dijk maakt bij de redoute een bocht naar het zuiden om een voormalig wiel (nu 'moerasbos'). Later is de dijk aan de noordkant van het wiel omgelegd, zodat de dijk daar nu min of meer rechtdoor loopt.
1782/83
Uitsnede uit kaart van de Polder van der Eigen, 1793, auteur Joh. Camp.
Van de Respective Polders Van Nuland, Rosmalen, Empel,
se Hoeven, en Orthen, Vervattende de Polder Van der Eigen
Geformeerd ter Requisitie van Burgers Gecommiteerdens
En Geèrfdens Van Gemelde Polder
Genomen in de Jaare 1782. en 1700. Drie en Tachentig
De redoute uit 1629 is op deze kaart nog goed te zien, dit is ongeveer de plek waar nu de kantine van de volkstuinvereniging staat.
Ten oosten van deze redoute, was vroeger een klein wiel, het ruivogelswiel. Blijkbaar was het een wiel waar vogels in de herfst kwamen om te ruien. Dit wiel wordt in de Kroniek van het Sint Geertruikloosteral genoemd voor het jaar 1360:
In den jaere 1360 ... volgens privilegie van den hertog Wenseslaus is Jan Dicbier, hoogschout van Den Bos, mede gecompereerdt met de heemraden van den polder Eijgen op den dijck van Orten, beginnende aen den Ruijvogels Wiel tot aen de heerlijchijt van Empell.
Bij de aanleg van de volkstuinvereniging in 1972 is dit wiel gedempt.
In het verlengde van de groene pijl is een perceelscheiding met bomen, op ongeveer dezelfde plek waar nu ook nog een bomenrij staat. Het is niet duidelijk of deze scheiding eeuwen overleefd heeft, of dat de rij weer toevallig op deze plek is terecht gekomen.
De krabbekooi is een kleine eendenkooi, met maar één vangpijp, omgeven door een klein bosje. De vangpijp is een kleine sloot, aan het eind overspannen met een net. In de vangpijp werden wilde eenden gelokt en gevangen; hier gingen ze "de pijp uit". Grotere eendenkooien bezitten normaal gesproken 4 vangpijpen, die afhankelijk van de windrichting gebruikt werden; eenden stijgen n.l. tegen de wind in op. In de bij de kaart horende Renvoy Relatief Tot de Specefique Gemeeten Caart Van het Gedeelten van den Polder van den Eijgen Gelegen onder Orthen vinden we:
De Vogel Kooi Adriaan van der Krabben, 2 mergens, 3 hond, 40 roeden.
Op de kaart van Verhees uit 1794 (Brabant-collectie UvT), lijkt ook een eendenkooi getekend (op de stippellijn die de grens tussen Orthen en Rosmalen aangeeft):
Ook volgens het kadaster in 1832 behoorde dit gedeelte rond de Balkweg aan Adriaan van der Krabben (N.B. er zijn drie opeenvolgende generaties met de naam Adrianus van der Krabben):
2014
Volkstuinvereniging Pastoor Barten in Den Bosch 75 jaar
Brabants Dagblad, 01 juni 2014
DEN BOSCH - Pastoor Barten stond in de crisisjaren dertig een deel van zijn pastorietuin af aan nooddruftige bewoners van de Graafsewijk om er hun eigen voedsel te kweken. De volkstuinvereniging die er uit ontstond bestaat 75 jaar. Volkstuinvereniging Pastoor Barten verhuisde in haar historie een aantal keren. Zat op de plek aan de Graafseweg waar nu Groenrijk zit, daarna achter het spoor waar ze moest wijken voor Station Oost. En sinds 1972 tussen de Bruistensingel en het dijkje Herven. De club telt 190 leden en 227 tuinen. Sommige leden hebben een dubbele tuin, twee keer de standaard oppervlakte van 125 vierkante meter.
Rood omcirkeld op bovenstaande kaart staat Limit, waar de grens tussen 's-Hertogenbosch en Rosmalen ligt; hier ligt nu de Balkweg. Aan de zuidkant van de dijk lezen we: Paal en Limit van 't Vrijdom Der Stad, en Rosmalen. Orthen hoorde tot het vrijdom van de stad 's-Hertogenbosch, Rosmalen niet. Mensen die in het vrijdom gedoopt waren konden poorter van 's-Hertogenbosch worden. Poorters van de stad konden lid worden van de gildes en konden niet berecht worden door een rechtbank in een andere stad, alleen door de rechtbank in 's-Hertogenbosch.
Als je over de Balkweg naar het Noorden gaat, kom je bij "Den Balk" over de "Rosmalense Wetering": zie volgende kaartuitsnede. Als je nog verder de Balkweg afgaat, kom je bij de Empelse Hut en de Galge donk.
De Empelse hut staat op een terp tussen de Tweede Morgen en de A59, die in 1973 tot rijksmonument is benoemd. De van oorsprong natuurlijke hoogte moet in de ijzertijd/Romeinse tijd bewoond geweest zijn en is in de Middeleeuwen door mensen verder opgehoogd. Gelegen in het gebied van de Beerse Maas, overstroomde het jaarlijks en gaf het beschutting en een borrel aan boeren en reizigers. "Hut" verwijst naar een gebouw dat in tijden van overstroming door de Beerse Maas werd afgebroken en later ('s zomers) weer werd opgebouwd. Zo zijn er hutten in het Beerse-Maasgebied in Macharen en Het Wild. Later woonde de kooiker van de eendenkooi die nu in de Maaspoort ligt, op de Empelse Hut.
Prachtige verhalen over de Empelse hut van de hand van Karin van Pinxteren, (kleindochter van bewoners van de Empelse hut) vind je op https://nachtportierblog.wordpress.com/2013/11/02/ankerpunt-10-terpstilte/. Deze site is helaas uit de lucht .... Als iemand deze verhalen nog kan vinden, stuur dan een Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken..
1837
De Balkweg was in 1837 een tolweg, die verpacht werd door het polderbestuur (Polder van der Eigen). De landbouwer Hernricus van Hirtum had dat jaar een strop omdat hij wel de pachtsom van honderd gulden kwijt was, maar door militaire inundatie (onderwater zetten van gronden) bijna geen inkomsten aan weggeld had. Daarom vroeg hij een remis (teruggaaf) in een brief aan het bestuur van de polder van der Eigen. De brief is niet door hem zelf geschreven, alleen door hem ondertekend.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen Henricus van Hirtum landbouwer wonende te Empel arrondissement oss provincie Noord braband.
Dat hij addressant in den afgeloopenen Jare 1837 pachter van den ontvangst van het weggeld in den Balkweg is geworden; en wel voor eene somme van Honderd Gulden
Dat hij adressant, door den huidigen stand des waters niets meer dan dertien gulden op bovengenoemde pacht van Honderd gulden heeft kunnen ontvangen:
Zoo is het, om aangeroerde redenen, dat hij addressant zich eerbiedig tot UWEG(1) is wendende, nederig verzoekende, dat het UWEG goedgunstig behagen mogen; om hem addresssant een Remis g(?) van pachtpenningen toe te staan, verder solliciteerende, dat aan dit , des addressants dringend gedaan verzoek door UWEG goedgunstig mag worden voldaan.
Het welk is doende(2) / UWE Gestrenge onderdanige / dienaar, H. van Hirtum
(1) UWEG = UwEdelGeborene of UwEdelGestrenge
(2) ’t Welk is doende, is een verkorting van een oude formule, die volledig luidde:
’t Welk doende, zoo zult Gij wel doen en zal requestrant God voor U bidden.
Herven 62: het witte huis op de heuvel westelijk van volkstuinen
In 1860 wordt de “redoute te Herven” (verdedigingswerk) aangelegd: een gesloten aarden werk, vierkant met natte gracht. Het is bedoeld als dekking voor de weg tussen stelling Hintham en ‘s-Hertogenbosch. In 1870 met negen stukken geschut bewapend.In 1886 verloor het fort zijn militaire status. Er is nooit een schot gelost. In de Tweede Wereldoorlog stond er Duits geschut. Later werd het jeugdhuis (misschien van de Kajotters - KAJ = Katholieke ArbeidersJeugd). Vanaf 1960 werd het woonhuis/atelier van kunstschilder Titselaar, nu van kunstenaar Gerard van den Dobbelsteen. Het wordt ook wel “het fortje” genoemd, als tegenhanger van het grote fort Orthen.
De Herven is een gehucht dat aan de Orthense kant van de dijk ligt; het werd vroeger ook tot Orthen gerekend. De oudste boerderij stamt uit de 16e/17e eeuw. In de twintigste eeuw stonden er zo'n twintig boerderijen en arbeidershuisjes. Tijdens de Tachtigjarige oorlog en het beleg van 's-Hertogenbosch in 1629 was de dijk onderdeel van de linie van de belegeraar Frederik Hendrik.
1629
In 1629 was ter hoogte van het woonhuis Herven 60A een redoute, een versterking of wachtpost. Bij deze redoute splitste de linie zich in een gedeelte naar het Fort Orthen (kwartier van Willem van Nassau) en een gedeelte richting 's-Hertogenbosch; de laatste tak is de huidige loop van de dijk. Achter het woonhuis Herven 60A zien we nog steeds een verhoging. Het ligt voor de hand om te veronderstellen dat bij deze vertakking het relatief eenvoudig was om hoog en droog een aantal huizen te bouwen.
Herven, 1629, met redoute en splitsing in de dijk: tak A naar Fort Orthen, tak B (de Koedijk) naar 's-Hertogenbosch / Achterzijde Herven 60A met oude tak (= A) van de dijk; aan de voorkant van het huis ligt de huidige dijk (= tak B). Foto Ferd Sauter, 2016.
17e eeuw
Waarschijnlijk eind 16e of begin 17e eeuw is de boerderij Herven 58 gebouwd, nu een gemeentelijk monument. Het is de vraag of dit vóór of na het beleg van 's-Hertogenbosch in 1629 is geweest. De huidige opzet van de boerderij is 18e-eeuws.
Op een oude kaart uit 1616 staat o.a. de dijk van Orthen naar Rosmalen (letter I). Ook het Orthense wiel staat aangegeven. De dijk aan de zuidkant van het wiel is "afgehaelt" (E) en aan de noordkant is een "nieuwen dijck" (F).Dit hing samen met de wens van 's-Hertogenbosch dat de dijk wat verder van de stad af zou komen te liggen. In de 16e eeuw werd Orthen zo goed als gesloopt en afgegraven om de dreiging uit Gelre en later van de protestanten uit het Noorden, dat via hoger gelegen gronden de stad zou kunnen naderen, af te weren. In het twaalfjarig bestand (1609-1621) werd Orthen weer geleidelijk opgebouwd en in 1616 was er daarom sprake van een "nieuwen dijck". Zie ook http://www.bosschebladen.nl/media/pdf/2010-3-03Genabeek.pdf.
Voor zover bekend, de eerste kaart waar de dijk tussen Orthen en Rosmalen goed te zien is. Verbeeld wordt het 'wonder van Empel' in 1585. Schuin rechts boven de letters BOSCH vindt u de dijk (met drie figuren); links de kerk van Orthen, rechts nog net te zien de kerk van Rosmalen. De dijk met de molen (tussen de woorden GEN en BOSCH) is de Koedijk.